Persoonlijkheidsstoornissen bestaan niet. Een niet zo opzienbarende uitspraak in de context van hulpverlening aan minderjarigen. Deze diagnose hoort vooral bij de volwassen leeftijd, al biedt het in Nederland meest gebruikte classificatiesysteem, de DSM-IV (APA, 1994), de mogelijkheid in ‘betrekkelijk uitzonderlijke’ gevallen onder de achttien een persoonlijkheidsstoornis vast te stellen. Er gebeurt dus iets bijzonders rond ons achttiende... maar toch ook vóór deze leeftijd! Bij persoonlijkheidsproblematiek wordt immers meestal verondersteld dat er ‘iets’ niet goed is gegaan in de vroege jeugd.