In de eerstelijnszorg ontdekt men ongeveer de helft van de patiënten met een depressieve stoornis. Nederlandse onderzoekers gingen in een prospectief cohortonderzoek na of de andere helft van de patiënten in kaart kon worden gebracht door depressie actief op te sporen en behandeling beschikbaar te stellen. Ze screenden hiervoor in 3 gezondheidscentra met 12 huisartsen en onderscheidden 3 hoogrisicogroepen (17-80 jaar): patiënten met psychosociale problemen (n=1258), patiënten met lichamelijk onverklaarde klachten (n=970) en patiënten die vaak de huisarts bezoeken (n=107). In totaal werden na exclusie 1687 patiënten uitgenodigd door de huisarts om deel te nemen aan het onderzoek. Van hen deden er 780 patiënten mee. Bij 173 patiënten die positief scoorden op de screening werd een telefonisch diagnostisch interview afgenomen.