Doel van dit onderzoek was het bepalen van de prevalentie van broek- en/of bedplassen bij kinderen met aandachtsproblemen. Uit een populatieonderzoek onder 4970 kinderen namen 4480 kinderen deel (respons 90,1%). Ouders van 4171 kinderen (2069 jongens en 2102 meisjes) tussen de 4 en 15 jaar vulden de Nederlandse versie van de Child Behaviour Checklist (cbcl) in. De gemiddelde leeftijd was 9,3 jaar. We gebruikten de items ‘broekplassen’ en ‘bedplassen’ uit de cbcl. Voor aandachtsproblemen gebruikten we de syndroomschaal aandachtsproblemen van de cbcl.
De prevalentie van broekplassen in dit populatieonderzoek was gemiddeld 2,3%, van bedplassen 9,3% en van de combinatie van broek- en bedplassen 1,2% (statistisch significant hoger bij jongens en bij jongere kinderen). Bij kinderen met een klinische score op de syndroomschaal aandachtsproblemen rapporteerden ouders broekplassen bij 4,5% van de kinderen (2,4% van de jongens en 8,0% van de meisjes), bedplassen bij 12,1% (12,2% van de jongens en 12,0% van de meisjes) en de combinatie van broek- en bedplassen bij 3,0% (0% van de jongens en 8,0% van de meisjes). Bij kinderen met een normale score had 2,2% broekplassen, 9,2% bedplassen en 1,2% de combinatie van broek- en bedplassen. Het verschil met kinderen met een klinische score is niet significant, met uitzondering voor meisje met de combinatie van broek- en bedplassen.
Voor het vaak veronderstelde verband tussen adhd en broek- en/of bedplassen wordt in deze populatiestudie geen aanwijzing gevonden, met uitzondering van een kleine relatie bij meisjes met de combinatie van broek- en bedplassen. Deze resultaten dienen bevestigd te worden in grotere onderzoeken met een klinische diagnose van aandachtstekort en hyperactiviteitsstoornis (adhd).