Een beroemde casus is in dit verband E.V.R. (
Eslinger & Damasio, 1985), een patiënt die in zijn vijfendertigste levensjaar een leidinggevende functie als accountant had, een gezin had en ouderling in de kerk was, maar die sterk van gedrag veranderde onder invloed van een grote orbito-frontale hersentumor (een menigeoom), waaraan hij met succes geopereerd was. In de twintig jaar na deze operaties werd de man steeds ontslagen wegens slordigheid, traagheid en desorganisatie. Hij ging bovendien failliet nadat hij met een zakenpartner met een slechte reputatie getracht had zaken te doen. Hij kon geen beslissingen meer nemen en bleef bijvoorbeeld eindeloos vergelijken tussen merken, prijzen en de beste methode om iets te kopen als hij een eenvoudig artikel in de supermarkt moest kopen. Wassen, scheren en aankleden om naar het werk te gaan kostte twee uur, en soms was hij een hele dag bezig met scheren en haren wassen. Zijn vrouw scheidde vanwege deze veranderingen van hem. Binnen een maand hertrouwde hij, ondanks bezwaren van zijn familie (dit huwelijk strandde na twee jaar). Hij overwoog daarna een derde huwelijk met een veertien jaar oudere vrouw, die hij ervan trachtte te overtuigen dat zij haar geld moest investeren in een cruisebedrijf. …