Doel. Inventariseren van de prevalentie van het metabool syndroom (MetS) bij kinderen in een polikliniek kindergeneeskunde van een Amsterdams ziekenhuis.
Patiënten en methode. De gegevens van 305 kinderen (3-18 jaar) met overgewicht en obesitas, bij wie prospectief een orale glucosebelastingstest verricht was, werden diagnostisch geëvalueerd volgens eenzelfde gestandaardiseerd protocol. De ernst van overgewicht en de aanwezigheid van het MetS en insulineresistentie werden vastgesteld. Van het MetS was sprake indien twee van de volgende afwijkingen aanwezig waren: gestoord glucosemetabolisme, laag HDL-cholesterol, hoge triglyceriden of hypertensie; waarbij gebruik werd gemaakt van voor leeftijd aangepaste referentiewaarden (MetS-I) dan wel afkapwaarden voor volwassenen (MetS-II).
Resultaten. Van de kinderen (gemiddelde leeftijd 10±3 jaar; 79,0% van niet-Nederlandse afkomst) had 11,1% overgewicht, 34,4% matige, 31,5% ernstige en 23,0% morbide obesitas. 21,0% had MetS-I en 23,3% had MetS-II. MetS-II (meer dan MetS-I) was geassocieerd met de ernst van overgewicht. Naast het MetS kwam insulineresistentie (55,7%) veelvuldig voor. Belangrijke determinanten voor zowel MetS-I als -II waren insulineresistentie en verhoogd ALAT en voor MetS-II tevens middelomvang en leeftijd.
Conclusie. Bij kinderen met overgewicht en obesitas werd een hoge prevalentie van het MetS (zowel volgens de definitie met pediatrische referentiewaarden als de definitie met afkapwaarden voor volwassenen) en insulineresistentie vastgesteld.