De behandeling van een zeventienjarig meisje dat grote delen van de dag niet kon zien, wordt beschreven. Er zijn verschillende verklaringsmodellen voor de conversie: het analytische en het leertheoretisch model en een model waarin psychische en lichamelijke factoren een rol spelen. Ook wordt verondersteld dat er overeenkomsten zijn tussen conversie en hypnose. Meestal wordt een vorm van gedragstherapie toegepast. In het zogenaamde tweesporenbeleid wordt zowel aandacht geschonken aan psychische als aan lichamelijke factoren (oefenen van de verloren functies). Bij de beschreven casus werd gebruik gemaakt van oefenen en van suggestie. Het meisje leerde bekende afbeeldingen te 'visualiseren', waarna werd gesuggereerd dat dit haar zou helpen haar blindheid te overwinnen. Na acht maanden, waarin wekelijks therapiezittingen, kon zij weer de hele dag zien.