De laatste jaren is er een duidelijke toename van wakkere hersenoperaties binnen de functionele (en electieve) neurochirurgie. De belangrijkste reden hiervoor is dat met wakkere hersenoperaties de motoriek en de cognitie van de patiënt bewaakt kunnen worden. Met behulp van corticale stimulaties (Penfield-methoden) of dieptestimulatie kunnen onderliggende functies worden gedetecteerd en kunnen multidisciplinair zogenaamde functionele begrenzingen worden bepaald. Tijdens de pre-, intra- en postoperatieve fasen van de wakkere hersenoperaties heeft de (klinisch) neuropsycholoog een duidelijke en belangrijke rol binnen het multidisciplinaire team. Het psychologisch, cognitief en emotioneel welzijn van de patiënt gelden als belangrijkste verantwoordelijkheid van de neuropsycholoog en laten de neuropsycholoog op het scherpst van de snede van de wetenschappelijke en klinische vaardigheden balanceren.
In dit artikel wordt vanuit specialistisch oogpunt ingegaan op deze verschillende neuropsychologische aspecten, zonder een ‘receptuur’ te willen geven van een ideale testbatterij dan wel afkappunten voor het bepalen van grenzen. Binnen onder andere de werkgroep wakkere OK (WOK) wordt gewerkt aan het tot stand brengen van richtlijnen die als handvat kunnen dienen en richting kunnen geven aan kwalitatief goede zorg en een basis kunnen vormen voor wetenschappelijke onderbouwing van wakkere hersenoperaties.