Bij een WAO-beoordeling dient de verzekeringsarts de aard en de ernst van de beperkingen van de cliënt vast te leggen. Uit onderzoek blijkt dat de verzekeringsartsen om zich hier een oordeel over te vormen, naast de medische anamnese en het onderzoek, zich voor een groot deel baseren op de door cliënt ondernomen activiteiten. In de praktijk blijkt echter dat naar deze ondernomen activiteiten onvoldoende wordt doorgevraagd. Gepleit wordt om juist specifiek door te vragen naar concreet ondernomen activiteiten en beperkingen in de vorm van concrete en gedetailleerde voorbeelden.