Er is het afgelopen jaar veel veranderd in de geestelijke gezondheidszorg. Het antwoord op de vraag wat de winst van deze veranderingen is hangt sterk af van het perspectief van waaruit men redeneert. De politiek beoordeelt dit op basis van betaalbaarheid en toegankelijkheid van de zorg. De zorgverzekeraars beoordelen dit wellicht meer vanuit de beheersbaarheid van de kosten en de voorspelbaarheid van de zorgresultaten. Hulpverleners zien kansen en bedreigingen, en zorginstellingen zien hun omzet – volgens plan – sterk dalen. Negatief oordeelt men dat de zorg vooral wordt gezien als product en het zorgsysteem als een semigereguleerde markt van vraag en aanbod. Hierbij is er weinig ruimte voor de maatschappelijke waarde van geestelijke gezondheidszorg. De groeiende bureaucratie roept eveneens veel weerstand op. Maar de veranderingen bieden ook kansen voor huisartsen. Zij kunnen, ondersteund door de POH-GGZ, meer zorg leveren voor de psychische kant van de hulpvraag van hun patiënten.