Tegenwoordig vinden we veel dingen ‘bizar’, voegen we in vrijwel iedere zin ‘zeg maar’ toe, of ‘whatever’, doen wij ons ‘ding’ en schrijven we in intake- of ontslagbrieven dat ergens ‘sprake van’ is, als iets er gewoon is. Mode blijft kennelijk niet beperkt tot kleren, keukens of meubels. Die mode geldt niet alleen wat we zeggen, maar ook hoe we het zeggen. Zo schijnen we ook heel wat sneller te praten dan vroeger, blijkt uit een onderzoek van het Centrum voor Nederlandse taal en spraak uit Antwerpen. Vreemd genoeg is ook ons werk onderhevig aan mode. Die mode geldt het soort problemen dat in de belangstelling staat. Waren vroeger internaliserende stoornissen als angst en depressie de belangrijkste, tegenwoordig worden hoge ogen gegooid met gedragsstoornissen en crimineel gedrag. Ook het soort behandeling is aan mode onderhevig. En het één heeft niet eens zoveel met het ander te maken.