De beoordeling van een recht op een uitkering wegens arbeidsongeschiktheid is niet altijd op dezelfde uitgangspunten gebaseerd geweest. In de ruim 100 jaar die in dit artikel worden overzien, zijn er verschillende paradigmata herkenbaar van waaruit gedacht en gehandeld werd. Deze paradigmata maken duidelijk dat de begrippen ziekte en gebrek weliswaar steeds als rode draad door de uitkeringssystematiek liepen, maar tevens dat maatschappelijke ontwikkelingen tot paradigmashifts hebben geleid. Van een beperkt klinisch-etiologisch paradigma via een breder ziektekundig en een maatschappelijk sterker sociaalmedisch paradigma zijn wij nu aan het vierde paradigma toe: het participatieparadigma. Dit paradigma is nog volop in ontwikkeling, en zal pas succesvol kunnen zijn als belangrijke randvoorwaarden alsnog worden vervuld.