De ademhaling is bij gezonde volwassenen meestal geen begrenzende factor bij inspanning. De ventilatie heeft een enorme reservecapaciteit, die in rust niet wordt aangesproken. Een toename van de ventilatie is mogelijk van 6 l/min in rust naar 150–200 l/min bij maximale inspanning. Patiënten hebben na een periode van bedlegerigheid onttrainde ademspieren en kunnen deze waarden niet halen. Astma- en bronchitispatiënten hebben een beperking in de diameter van de luchtwegen en worden in hun inspanningsvermogen ook beperkt door grenzen aan hun ventilatiemogelijkheden.