Het indienen van een tuchtklacht is een belangrijke bevoegdheid van de inspectie om de kwaliteit van de gezondheidszorg te bewaken. Er is echter weinig bekend over de effectiviteit van tuchtzaken voor aangeklaagden en beroepsgenoten. Hiertoe werden alle 5362 uitspraken van de regionale tuchtcolleges van 2002–2007 onderzocht, waarbij tuchtzaken van de inspectie werden vergeleken met die van burgers. Om de impact van tuchtklachten op de aangeklaagden en hun beroepsgroep na te gaan werd een nooit eerder uitgevoerd vragenlijstonderzoek gedaan onder beroepsbeoefenaren tegen wie door de inspectie een klacht werd ingediend (periode 2002–2008; respons 42%; 29/69). Ook werden 31 interviews gehouden met inspecteurs en externe partijen. De inspectie is klager in 2% van de klachten maar verantwoordelijk voor eentiende van de gegrondverklaringen en bijna de helft van de zware maatregelen. De helft van deze tuchtzaken van de inspectie worden schriftelijk gepubliceerd. Tuchtzaken van de inspectie zijn vooral effectief voor aangeklaagden door een positieve verandering in de uitvoering van hun werk. Effecten op het handelen van beroepsgenoten, normen en regels lijken minder uitgesproken. Gezien de effectiviteit van de inspectie als klager in het tuchtrecht is het van belang dat zij zich bezint op de vraag of het tuchtrecht meer prioriteit zou moeten krijgen.