De huisarts krijgt steeds vaker te maken met migranten die palliatieve zorg nodig hebben. Culturele en religieuze opvattingen over ziekte en sterven spelen dan een belangrijke rol en kunnen botsen met de opvattingen van de huisarts. Goede zorg in deze fase betekent voor veel migranten maximale, op genezing gerichte behandeling, geen hoop ontnemen, een grote rol van de familie bij besluitvorming en zorg, vermijden van roddel en schaamtevolle situaties, helder heengaan zonder levensbekortende maatregelen en de gelegenheid voor eigen rituelen na het overlijden. Daarnaast zijn er bepaalde etnische verschillen in symptoombestrijding. Dit vraagt van de huisarts specifieke kennis en communicatievaardigheden, maar bovenal persoonlijke aandacht en betrokkenheid.