Het welslagen van de kanaalbehandeling valt of staat met een grondige reiniging van het wortelkanaal, gevolgd door een hermetische afsluiting ervan. Omdat microlekkage vanaf coronaal een bedreiging vormt voor het behandelresultaat op lange termijn, dient de uiteindelijke coronaire restauratie mede als bescherming voor de kanaalvulling. Als voor de houvast voor die coronaire restauratie een wortelstift wordt gebruikt, wordt bij het plaatsen daarvan een deel van de kanaalvulling opgeofferd. Soms blijkt bij röntgenologische controle dat de wortelstift en de kanaalvulling niet naadloos aansluiten. In een retrospectief klinisch onderzoek werd nagegaan of deze ruimte tussen de stift en de kanaalvulling van invloed is op het uiteindelijke resultaat van de kanaalbehandeling.