Ter bevordering van de jeugdgezondheidszorg en het terugdringen van de kindersterfte in Suriname is een concreet gezondheidsbeleid van belang. Met sterfteonderzoek kan nagegaan worden welke aandoeningen veel voorkomen, waar gezondheidswinst behaald kan worden en hoe verantwoorde prioritering kan plaatsvinden bij financiële beperkingen. Ter ondersteuning hiervan is onderzoek gedaan naar de belangrijkste doodsoorzaken onder 1- tot 19-jarigen in de periode 2000-2008.
Voor het onderzoek zijn overlijdenscertificaten gecodeerd aan de hand van de International Classification of Diseases 10 (ICD 10).
De kindersterfte daalde in de periode 2000-2003 van 145 naar 100 kinderen per jaar. Hierna stabiliseerde de kindersterfte rond 100 tot 120 per jaar. De belangrijkste doodsoorzaken onder 1- tot 19-jarigen in de periode 2000-2008 waren infectieziekten, verkeersongevallen en zelfmoord. Sterfte door infectieziekten daalde door afname van de sterfte ten gevolge van hiv en malaria. Daarentegen verdubbelde zowel het aantal verkeersongevallen als het aantal zelfmoorden in de periode 2000-2008.
Een gunstige ontwikkeling in het verloop van de kindersterfte in 2000-2008 is de daling van hetaantal sterfgevallen door infectieziekten. Continueren van de bestaande interventies ter bestrijding van malaria wordt daarom sterk aangeraden. Extra aandacht voor preventie van hivoverdracht van moeder op kind is een aanbeveling. De stijging in het aantal verkeersongevallen en zelfmoorden is zorgwekkend. Vooral op het gebied van zelfmoordpreventie valt nog veel winst te behalen; op dit moment richten weinig organisaties zich op de psychische gezondheid van de jeugd.