Gezinshuizen zijn niet typisch Nederlands. Zowel in westerse als niet-westerse landen komen kleinschalige vormen van residentiële hulpverlening in een gezinssetting voor. Maar er zijn verschillen, zowel in vormgeving, werkwijze als in de eisen die aan de gezinshuisouders gesteld worden. Zo vinden in tegenstelling tot de meeste Nederlandse gezinshuizen de buitenlandse kleinschalige vormen van residentiële hulpverlening in een gezinssetting niet altijd in ‘gewone’ huizen in een ‘gewone’ straat plaats en hebben de buitenlandse gezinshuisouders in tegenstelling tot de Nederlandse gezinshuisouders niet vaak een specifieke opleiding afgerond.
Tijne Berg-le Clercq vergelijkt Nederland met een aantal andere landen.