Ouders en professionals die worden geconfronteerd met agressief en zelfdestructief gedrag van kinderen staan voor een dilemma. Het gedrag van deze kinderen wordt gekenmerkt door grenzenloosheid, oncontroleerbare uitbarstingen en een steeds grotere bereidheid om tot het uiterste te gaan. De meeste van deze kinderen dulden geen toezicht van of sturing door hun ouders of andere verantwoordelijke volwassenen. Op momenten van confrontatie luidt hun boodschap meestal: ‘Laat me met rust!’ of: ‘Dat bepaal ik zelf wel!’ Onvermijdelijk komen de ouders van dit soort kinderen erachter dat de manier van reageren die ze gewend zijn en de aanpak die doorgaans wordt aanbevolen geen effect hebben. Proberen ze het met standjes, dreigementen en straf, dan reageert het kind in dezelfde toonzetting en escaleert het agressieve gedrag. Kiezen ze voor de weg van overreding, acceptatie en begrip, dan negeert het kind deze welwillende houding en kijkt het op de ouders neer. Het ouderlijk huis, dat een veilige haven voor het gezin zou moeten zijn, verandert in een slagveld waar het kleinste meningsverschil tot een gewelddadige botsing kan leiden. Het is dus niet verwonderlijk dat de ouders op een gegeven moment uitgeput raken en de strijd opgeven, wat in ieder geval tijdelijk wat rust oplevert.