Sinds april 2002 reguleert de Wet verbetering poortwachter (Wvp) het reïntegratieproces in het eerste jaar na ziekmelding met als doel de instroom in de WAO te verminderen. Het huidige onderzoek brengt het reïntegratieproces in kaart van werknemers die onder de Wvp vallen en gaat in op verschillen tussen gereïntegreerde en niet-gereïntegreerde werknemers.
De onderzoekspopulatie bestaat uit 780 werknemers voor wie een probleemanalyse is opgesteld. Aan de hand van de werkhervattingsstatus zijn zij ingedeeld in drie groepen: ‘vroeg gereïntegreerd’, ‘gereïntegreerd’ en ‘niet gereïntegreerd’. De onderlinge verschillen tussen de drie groepen worden beschreven.
Gemiddeld duurt het zeven weken voordat de probleemanalyse is gemaakt, terwijl het plan van aanpak na ruim veertien weken is opgesteld. Bij de groep ‘vroeg gereïntegreerd’ worden zowel de probleemanalyse als het plan van aanpak significant eerder gemaakt. Het advies van de bedrijfsarts ten aanzien van het einddoel van reïntegratie is meestal volledige hervatting van het eigen werk. Dit geldt ook voor werknemers uit de groep ‘niet gereïntegreerd’.
Snel ingrijpen door de bedrijfsarts lijkt samen te hangen met snelle reïntegratie. Een positief advies ten aanzien van volledige hervatting van het eigen werk leidt niet per definitie tot het gewenste resultaat.