De 59-jarige patiënt komt in 2006 voor extract2ie van drie premolaren en drie molaren in de onderkaak bij zijn tandarts. Uit de anamnese blijkt dat hij eind november 2005 een hartinfarct heeft doorgemaakt. Daarna is een dotterprocedure uitgevoerd, waarna met carbasalaatcalcium (Ascal) als preventie is gestart. Dotterprocedures mislukten in het verleden regelmatig doordat de wel verwijde, maar daarmee ook beschadigde vaatwand de stelping van het bloed bevorderde en daarmee re-stenosering door trombosevorming veroorzaakte. De patiënt meldt tevens dat hij bij een trial van de behandelende cardioloog is betrokken, waarmee de waarde van een nieuw, hem onbekend medicament wordt getoetst. De tandarts ziet geen medische problemen voor de voorgenomen extracties, maar adviseert wel de Ascal vier dagen voor de ingreep te staken. Andere voorzorgen, waaronder het overhechten van het wondoppervlak, vindt hij niet noodzakelijk.