Doel.
Inzicht krijgen in de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven bij kinderen met cerebrale parese (CP) op 2,5-jarige leeftijd in vergelijking met hun gezonde leeftijdsgenootjes en nagaan of de ernst van de motorische beperking hieraan gerelateerd is.
Methoden.
Bij 89 kinderen met CP uit het Pediatric Rehabilitation Research In the Netherlands, Cerebral Palsy (PERRIN CP) 0-5-onderzoek werden op 2,5-jarige leeftijd diverse kenmerken van de ontwikkeling in kaart gebracht. Gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven werd gemeten met de TNO-AZL Preschool children Quality of Life (TAPQOL) en grofmotorisch functioneren werd geclassificeerd met de Gross Motor Function Classification System (GMFCS). TAPQOL-gegevens van de onderzoeksgroep werden vergeleken met normgegevens. Daarnaast werd de samenhang van het GMFCS-niveau met de gegevens uit de TAPQOL beoordeeld .
Resultaten.
Een significant verschil in gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven tussen de groep kinderen met CP en de referentiegroep werd gevonden op zes van de twaalf domeinen van de TAPQOL (motorisch functioneren, sociaal functioneren, communicatie, levendigheid, agressief gedrag en longproblemen). Op het domein agressief gedrag had de groep kinderen met CP een betere gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven, terwijl op de andere vijf domeinen de referentiegroep beter scoorde. Al deze domeinen, behalve motorisch functioneren, zijn statistisch significant gerelateerd aan het GMFCS-niveau (range |rS| 0,26-0,44) .
Conclusies.
Kinderen met CP hebben op 2,5-jarige leeftijd op een aantal domeinen van het dagelijks leven een statistisch significant lagere gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven dan hun leeftijdsgenootjes zonder CP. Kinderen met een slechtere motorische functie hebben over het algemeen een lagere kwaliteit van leven.