In Nederland worden zo'n 30.000 mensen per jaar voor het eerst getroffen door een beroerte of cerebrovasculair accident (
cva), van wie 20 tot 25% binnen 4 weken na de beroerte overlijdt (
Herman et al., 1982;
cbs, 1999). Van de mensen die de beroerte overleven, ondervindt een groot deel restverschijnselen die het dagelijks leven ernstig kunnen beïnvloeden. Naast allerlei lichamelijke problemen kunnen stoornissen voorkomen in cognitie, emotie en gedrag. De gevolgen die hieruit ontstaan veroorzaken vaak grote problemen bij patiënten, hun naasten en behandelaars (
Hochstenbach, 1999;
Scholte Op Reimer, 1999). De aandacht voor juist deze minder zichtbare problematiek is de laatste jaren steeds meer gegroeid. Dit komt tot uiting in zorgontwikkeling, wetenschappelijk onderzoek en voorlichting (
Brouwer et al., 2002). Daar waar de revalidatiemogelijkheden voor patiënten met hersenletsel en cognitieve gevolgen 25 jaar geleden zeer beperkt waren, is momenteel de cognitieve revalidatie niet meer weg te denken uit het totale proces van revalidatie (
Wilson, 1997;
Cicerone et al., 2000). …