Begin 2003 is door de arbodienst een gezondheidsonderzoek uitgevoerd bij 63 medewerkers van rioolwaterzuiveringsinstallaties die bij hun werkzaamheden blootgesteld worden aan biologische en chemische agentia.
Het onderzoek heeft tot doel vast te stellen of zich bij medewerkers die regelmatig met afvalwater en/of zuiveringsslib in aanraking komen, gezondheidsklachten voordoen die mogelijk verband houden met blootstelling aan biologische agentia.
Voor het onderzoek is gebruik gemaakt van een door TNO ontwikkelde vragenlijst. De resultaten zijn vergeleken met een interne controlegroep van 45 medewerkers. Uit de resultaten blijkt dat in de blootstellinggroep (aanzienlijk) meer gezondheidsklachten voorkomen dan in de controlegroep en dat in de groep met de hoogste blootstelling de meeste significante scores voorkomen.
Op basis van de aard van de werkzaamheden, datgene wat uit de literatuur bekend is en de significantie van een aantal bevindingen in dit onderzoek lijkt een verband met biologische agentia aannemelijk. Op basis hiervan is het bedrijf geadviseerd een planmatig preventief beleid te voeren gericht op risicobeheersing met ruim aandacht voor het hygiënegedrag.
Tot slot wordt aanbevolen in het gebruikte onderzoeksinstrument meer vragen op te nemen die wijzen op blootstelling aan endotoxinen.