Zoals we in de vorige hoofdstukken al zagen is de kans groot dat iemand met een dwangstoornis verschillende vormen van veiligheidsgedrag zal uitvoeren om angst tegen te gaan. Vaak helpen familieleden (partner, ouder(s), kinderen) bij het uitvoeren van de dwangrituelen of het vermijden van moeilijke situaties. Naast het meehelpen met de rituelen kan de omgeving ook bepaalde (zorg- of huishoudelijke) taken gaan overnemen. Zo kan de directe omgeving, onbedoeld, een rol gaan spelen bij het instandhouden van de klachten. Zij vormen een houvast, een soort veiligheid.