De heer Van Noord is 68 jaar en komt in het kader van een CVA-project op het spreekuur bij de praktijkondersteuner. Hij heeft een jaar geleden een CVA doorgemaakt, waaraan hij gelukkig vrijwel niets heeft overgehouden. Wel slikt hij sindsdien bloeddrukverlagende middelen omdat zijn bloeddruk te hoog bleek te zijn. Hij vraagt zich af wat het nut hiervan is. De praktijkondersteuner legt uit dat het slikken van deze middelen na een TIA of CVA de kans op een nieuw CVA of TIA binnen vier jaar met ongeveer een kwart vermindert.