In de meeste onderzoeken met betrekking tot de revalidatie van patiënten met een hemiplegie is aangetoond dat de meerderheid van hen aan het einde van hun revalidatieperiode weer kan lopen, ongeacht de kwaliteit van het looppatroon of het soort loophulpmiddel dat nodig is. Veel patiënten leren zelfs weer lopen zonder dat daar reguliere revalidatie aan te pas komt. Het is dus belangrijk de vraag te stellen waarom een bepaalde groep patiënten niet leert lopen, wanneer conventionele fysiotherapie en revalidatie worden gevolgd en hoe deze patiënten geholpen zouden kunnen worden bij het overwinnen van hun problemen en zo het doel om weer te lopen toch te bereiken. Verschillende redenen zijn aangevoerd voor het mislukken om weer tot zelfstandig lopen te komen: bijvoorbeeld hoge leeftijd, zwakte, insufficiënte extensietonus, flexiespasticiteit in het been en verlies van sensibiliteit in het hemiplegische been. Dergelijke hypothesen zijn beslist niet valide en geven een te simpele voorstelling van het probleem. Ook oudere patiënten met een duidelijk verlies van motoriek hebben wel opnieuw leren lopen. Poliopatiënten, jong en oud, lopen rond ondanks duidelijke spierzwakte en verlies van extensietonus in het been. Spasticiteit houdt geenszins verband met het wel of niet bereiken van ambulante zelfstandigheid, alleen met het patroon en de kwaliteit van het lopen. Patiënten met ernstig verminderde sensibiliteit in de onderste extremiteit kunnen, ook zonder stok, zelfstandig lopen.