Met het ouderworden neemt het percentage van niet-carieuze laesies bij patiënten toe. Dikwijls worden deze laesies gerestaureerd om esthetische redenen of omdat pijnklachten optreden. Daarbij kan worden gekozen tussen een glasionomeercement en een composiet. Zowel een conventioneel GIC als een kunststofgemodificeerd GIC (RMGIC) geven een duurzaam resultaat. Het voordeel van de laatste is de betere esthetiek en de betere polijstbaarheid, die bovendien direct na het plaatsen van de restauratie kan plaatsvinden. Nadelen zijn de geringere sterkte, slechtere esthetiek en het kleinere aantal kleuren, vergeleken bij composieten. De retentie van klasse V-restauraties is de laatste jaren sterk verbeterd.