Van onze vijf zintuigen is het gezichtsvermogen in de ogen van velen het belangrijkste. Is niet vooral het zien, veel meer dan het gehoor en de reuk-, smaak- of tastzin, bepalend voor onze blik op de wereld? Talrijke metaforen in onze taal verwijzen naar de centrale positie van het gezichtsorgaan. Ook in veel wijsgerige theorieën over kennisverwerving geldt visuele waarneming, onder andere vanwege de eraan toegeschreven grotere betrouwbaarheid, als de waarneming bij uitstek. Bovendien is, omgekeerd, ons oog voor andere waarnemers de spiegel van onze ziel.
