Als leerlingen een langere periode in een huisartsenpraktijk hebben doorgebracht, zijn er altijd wel een paar die iets geks hebben meegemaakt met een psychiatrische patiënt. De patiënt deed raar of was verward. Het leidt altijd tot hilariteit in de klas. Veel mensen weten niet hoe ze met psychiatrische patiënten moet omgaan. Het is en blijft iets onbegrijpelijks. Dit is echter niets nieuws. In de middeleeuwen werden deze patiënten beschouwd als door de duivel bezeten en werden ze verjaagd of vermoord. Ook menige ‘heks’ die op de brandstapel het einde vond, zal aan een psychiatrische ziekte hebben geleden. Later werden deze patiënten opgesloten en geketend als gevangenen in zogenoemde dolhuizen. Pas eind vorige eeuw en begin van deze eeuw werd het lot van de patiënten wat verbeterd. Zij werden opgesloten in krankzinnigengestichten, meestal in een bosrijke omgeving voor de rust. Van behandelen was nog geen sprake. De patiënten werden beziggehouden met arbeid. Pas na de Tweede Wereldoorlog kon de psychiatrie zich ontwikkelen dankzij de ontwikkeling van nieuwe medicijnen en nieuwe inzichten.