Patiënten in de geestelijke gezondheidszorg melden zich meestal aan met symptomen of klachten die ‘nieuw’ voor hen zijn. Het zijn klachten die aangeven dat de bestaande situatie veranderd is. Een patiënt is plotseling angstig geworden. Vaak is dat naar aanleiding van een specifieke gebeurtenis. Ook kan het voorkomen dat reeds bestaande klachten in korte tijd verergerd zijn. Iemand kan bijvoorbeeld depressief worden na al geruime tijd boos of geprikkeld (dysfoor) te zijn geweest. Klachten kunnen voor de patiënt nieuw zijn, maar ook al langere tijd aanwezig zijn. Soms worden die niet eens door patiënten als zodanig herkend. Zij zijn eraan ‘gewend’ geraakt. Zij weten vaak zelfs niet anders. Men kan patiënten uitspraken horen doen als: ‘Ach, dat hoort gewoon bij me’ of: ‘Zo ben ik nu eenmaal.’ Dit is doorgaans het geval bij patiënten bij wie sprake is van persoonlijkheidsproblematiek.