Osteoporose wordt gedefinieerd als een systemische aandoening van het skelet, gekenmerkt door afname van de botmineraaldichtheid (BMD) en verstoring van de microarchitectuur, met als gevolg een verhoogd risico op fracturen. Deze definitie werd aangevuld met het concept van verminderde botsterkte, waarbij rekening wordt gehouden met andere factoren die een rol spelen bij botsterkte en botkwaliteit dan alleen BMD, zoals de snelheid van bot-turnover, de micro- en macroarchitectuur, de microfractuurheling, de graad van primaire en secundaire mineralisatie en de kwaliteit van de botmatrix en van het collageen.