Wanneer een jong kind met een ernstige Klasse II-malocclusie direct na de doorbraak van de blijvende incisieven bij de orthodontist komt, is er een dilemma: heeft de behandeling gestart in een wisselgebit vóór de adolescentieperiode gevolgd door een tweedefasebehandeling in een vroeg stadium van het blijvende gebit tijdens de adolescentie, een beter resultaat dan een éénfasebehandeling tijdens de adolescentie? De voorstanders van vroege behandeling stellen dat hiermee het skelettale patroon genormaliseerd wordt, en dat de duur van de orthodontische behandeling in de adolescentie wordt verkort.