Ongepast onderzoek (1)

In deze rubriek van TBV hebben we eerder uitspraken van het Centraal Tuchtcollege behandeld waarbij het lichamelijk onderzoek door de arts in het geding was. Cliënten vinden nogal eens dat de bedrijfs- of verzekeringsarts onvoldoende onderzoek doet om zijn beoordeling of advies op te baseren. Ditmaal is het tegendeel het geval. Het gaat om een klacht tegen een bedrijfsarts die in de ogen van de cliënte (en ook die van de tuchtrechter) veel te ver is gegaan. De arts heeft zijn cliënte een lichamelijk onderzoek opgedrongen. Hij heeft tegen haar wil haar borsten gepalpeerd. De tuchtrechtelijke uitspraak onderstreept een aantal belangrijke voorwaarden voor het doen van lichamelijk onderzoek door een arts, zoals instemming van de cliënte. Voorts moet het onderzoek voldoen aan de principes van proportionaliteit (het onderzoek moet in redelijke verhouding staan tot het doel waarmee het wordt verricht) en subsidiariteit (er is geen andere, minder belastende onderzoeksmethode beschikbaar om het doel te bereiken). Deze voorwaarden en principes zijn in de hier beschreven casus op grove wijze geschonden. De bedrijfsarts is op meer punten uit de bocht gevlogen. Zo heeft hij uitspraken gedaan die buiten zijn deskundigheid vallen. Het Centraal Tuchtcollege heeft dan ook een zware maatregel opgelegd in de vorm van een voorwaardelijke schorsing. …