Als vijftienjarige puber droeg ik een beugel. Ik vond mijn tanden scheef staan en heb mijn tandarts bijna gesmeekt om er iets aan te doen. Ik dacht dat ik er een stuk mooier van zou worden. Of dat ook werkelijk zo was, weet ik niet. Zelf vond ik in ieder geval van wel. Tegenwoordig draagt ongeveer de helft van alle tieners een beugel. Het grootste gedeelte zal er net zo over denken als ik destijds. Maar is dat ook écht zo? Na het dragen van een beugel vinden andere mensen je gemiddeld gesproken een ‘beetje’ mooier dan voor de beugel. Dat blijkt uit een Nederlands doctoraatsonderzoek van orthodontist Rosemie Kiekens.