De afbouw van prepensioenregelingen en de verhoging van de AOW-leeftijd onderstrepen het toegenomen belang dat wordt gehecht aan arbeidsparticipatie op hogere leeftijd. In de afgelopen jaren is het aandeel 55- tot 65-jarigen dat werkzaam is, gegroeid van 41,5% in 2003 naar 61,7% in 2015. Het aandeel werkzame 65- tot 75-jarigen is gestegen van 5,5 naar 10,3% (CBS). Het vermogen om gezond, vitaal en productief werkzaam te zijn tot de pensioengerechtigde leeftijd wordt ook wel aangeduid als duurzame inzetbaarheid. Een indicator hiervoor is de leeftijd tot waarop werknemers en zelfstandig ondernemers willen doorwerken.
In 2015 waren er 6,9 miljoen personen in Nederland met een hoofdbaan als werknemer. Bijna 1,4 miljoen personen werkten als zelfstandige, waaronder ruim 900 duizend zelfstandig ondernemers zonder personeel. De laatsten willen bijna 4 jaar langer doorwerken dan werknemers. Deze bijdrage gaat in op de rol die de gezondheidssituatie hierbij speelt en de verschillen hierin tussen werknemers en zelfstandig ondernemers. Dit is onderzocht met gegevens uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) en de Zelfstandigen Enquête Arbeid (ZEA) van CBS en TNO.[
1]