Kwetsbaarheid wordt vanuit drie verschillende invalshoeken besproken:
1.
als gevolg van traumatische ervaringen en de daaruit voortvloeiende gehechtheid van patiënten;
2.
als een niet gemakkelijk te onderkennen onderstroom in de behandelrelatie met forensische patiënten;
3.
vanuit de positie van de forensische instituten zelf als gevolg van negatieve maatschappelijke en politieke discussies.
In de therapeutische relatie worden de kwetsbaarheden zichtbaar, en ook bewerkbaar. Ik bespreek en onderbouw de noodzaak om het ‘instrument’ van de therapeutische relatie actief in de behandeling van persoonlijkheidsgestoorde forensische patiënten te gebruiken.