Achtergrond
Het inschatten van de toekomstige ontwikkeling van de ziekte en van de functionele mogelijkheden, ofwel de ‘prognose’, is een belangrijke taak voor verzekeringsartsen. Onderzocht is welk belang verzekeringsartsen zien bij het goed onderbouwen van de prognose, welke rol evidence speelt wanneer deze beoordeling van de prognose lastig is, en wat de behoefte aan ondersteuning is hierbij.
Methode
Middels een vragenlijst gebaseerd op de drie vragen van het onderzoek werden zowel kwantitatieve (aantallen of gemiddelden) als kwalitatieve gegevens (overzicht van overwegingen) verzameld.
Resultaten
De 94 deelnemers aan het onderzoek waardeerden het belang om de prognose met evidence te onderbouwen gemiddeld met 7,7 (schaal 0-10). Overwegingen om de prognose wel of niet te onderbouwen waren divers en veelal positief. Deelnemers zien knelpunten bij het onderbouwen van de prognose met evidence en hebben behoefte aan ondersteuning.
Conclusie
Dit onderzoek laat zien dat verzekeringsartsen belang hechten aan het onderbouwen van de prognose met evidence en behoefte hebben aan meer ondersteuning bij deze activiteiten.