Na extractie van een gebitselement ondervindt de patiënt meestal gedurende enkele dagen langzaam afnemende klachten van pijn en eventueel zwelling. De alveole vult zich met bloed (coagulum) en het epitheel overgroeit het coagulum. Daarna wordt het coagulum vervangen door jong bindweefsel en vervolgens door bot. Men spreekt dan van primaire genezing. Na ongeveer 10 weken is de wond klinischróntgenologisch genezen.
Nemen de klachten enkele dagen na de extractie toe in plaats van af en ontstaan een vieze smaak en mondgeur, dan is sprake van een gestoorde wondgenezing. Deze berust vermoedelijk op impactie van voedselresten in de alveole, met name als deze niet is overhecht.