De oorsprong van de segmentale relaties is te vinden in de vorming van somieten en het ontstaan van innervatie vroeg in de embryonale periode. Ondanks ingrijpende verschuivingen van de drie embryonale lagen (ecto-, meso- en entoderm) en verplaatsing van anatomische structuren, blijft de oorspronkelijke segmentale innervatie tot op volwassen leeftijd behouden. De discrepantie in groei tussen wervelkolom en ruggenmerg en het ontstaan van de extremiteiten dragen verder bij aan de ogenschijnlijke complexiteit van de segmentale relaties. Aandoeningen van het hart kunnen samengaan met symptomen aan pupil, aangezicht, onderkaak, nek, linkerschouder, midden op de borst en linker ulnaire onderarm en pink: op het eerste gezicht onbegrijpelijk, maar gezien vanuit segmentaal perspectief zonneklaar.