Mevrouw Kraayenvanger, 52 jaar, werkt al vele jaren als secretaresse van een directeurgeneraal op een Haags ministerie. Op dit ministerie is de laatste drie jaar de ene na de andere reorganisatie doorgevoerd. Mevrouw Kraayenvanger heeft hardnekkige spanningsklachten. Aanvankelijk leek daar een duidelijke reden voor te bestaan in de vorm van gynaecologische klachten en een dubieuze cervixuitstrijk (‘Pap IV’) waarvoor zij een kleine gynaecologische ingreep moest ondergaan. Zo'n ingreep brengt meestal een periode van spanning en onzekerheid met zich mee. De operatie verliep goed en er werden geen aanwijzingen voor baarmoederhalskanker gevonden. In de periode van zes weken na de ingreep had zij geen klachten: zij was in de ziektewet en kon haar leven net aan. Toen zij weer ging werken, kreeg ze toenemend last van buikpijn.