De hersenen en zenuwcellen veranderen als mensen ouder worden. Dat het geheugen met de tijd niet veel sneller achteruitgaat, komt doordat de functie van cellen of verbindingen die verloren gaan meestal kan worden overgenomen door andere cellen of verbindingen. Ook op hoge leeftijd. Dit verschijnsel heet plasticiteit. Toch kan niet alle verandering worden gecompenseerd, waardoor de cognitieve- en de executieve functies van ouderen veranderen. Om die reden zorgen de psychische veranderingen die het ouder worden met zich meebrengt voor beperkingen. De bekendste psychische veranderingen zijn delier, depressie en dementie.