Eén van de grote groepen die het sterk toenemende aantal Wajong-gerechtigden verklaren, is de groep moeilijk lerende jongeren die van het Praktijkonderwijs (PrO) komt. De vraag of deze ontwikkeling wenselijk en/of noodzakelijk is, staat in dit artikel centraal. Om deze te kunnen beantwoorden wordt hieronder eerst inzicht gegeven in aantallen en percentages om een beeld te schetsen van de aard en omvang van de situatie. Daarna wordt aan de hand van literatuur beschreven wat een PrO-leerling eigenlijk is en wat we verstaan onder moeilijk lerend, zwakbegaafdheid, (licht) verstandelijke handicap en laag IQ. Vervolgens wordt ingezoomd op de arbeidsmogelijkheden van deze groep cliënten en beargumenteerd waarom zij waarschijnlijk meer potentie hebben om deel te nemen aan (reguliere) arbeid dan momenteel wordt benut.
