Samenwerking in de eerstelijnszorg en in het lokale zorgsysteem meer algemeen heeft een hoge prioriteit, maar is verre van vanzelfsprekend. Er zijn plekken in het land waar succesvolle samenwerking van de grond is gekomen. Toch blijkt het ook daar vaak lastig om die samenwerking te borgen en/of uit te bouwen. In dit licht hebben onderzoekers van het AMC en VUmc het onderzoeksproject ‘De eerstelijnszorgprofessional, haar team en hun netwerk: een beschrijvende evaluatie naar samenwerking in de eerstelijnszorg op basis van de “complex adaptief systeemtheorie”’ uitgevoerd. Binnen dit onderzoek is op basis van theorie, expert opinion en vier pilots binnen de eerstelijnszorgpraktijk een zelfreflectietool ontwikkeld, die men kan gebruiken om een bestaande samenwerking te versterken of nieuwe samenwerkingsverbanden aan te gaan. Het vernieuwende van de tool is dat er naar samenwerking wordt gekeken vanuit de complex adaptief systeemtheorie. Terwijl onderzoekers zich doorgaans focussen op specifieke voor samenwerking relevante deelaspecten, zoals professionele competenties, leiderschap, cultuur, ICT-systemen, ligt de focus in deze tool op de onderlinge relaties en interacties tussen betrokkenen en hoe die samenwerking kunnen stimuleren dan wel frustreren. Bewustwording van patronen in die interacties biedt de gebruikers van de tool de mogelijkheid hun eigen adaptieve vermogen te vergroten en op zoek te gaan naar werkbare oplossingen om de samenwerking (verder) vorm te geven. Een eerste stap in het validatieproces van de zelfreflectietool is gezet tijdens de pilots en het eindsymposium. Verdere validatie vraagt gedegen vervolgonderzoek.