Tepelpijn is voor vrouwen één van de belangrijkste redenen om vroegtijdig met borstvoeding te stoppen. Het probleem wordt steeds vaker vroegtijdig behandeld met antimycotica bij moeder en kind, en daardoor gemedicaliseerd. Lactatiekundigen spelen hierbij een belangrijke rol als adviseur van kraamhulpen, verloskundigen, consultatiebureau-artsen en huisartsen.
De rol van Candida als veroorzaker van tepelpijn is echter onduidelijk. Deze bijdrage presenteert de resultaten van een literatuuronderzoek. Wij vonden geen prospectief onderzoek dat een causaal verband kon aantonen tussen Candida-infectie en tepelpijn. Verschillende cross-sectionele onderzoeken spreken elkaar tegen.
Of spruw de grote boosdoener is bij het ontstaan van tepelcandida, en hoe vaak dat dan gebeurt, is evenmin degelijk onderbouwd. Tenslotte is er geen gedegen onderzoek gedaan naar de werkzaamheid van antimycotica bij tepelpijn.
Antimycotica hebben derhalve vooralsnog een zeer beperkte plek in de behandeling van tepelpijn. Overweeg het gebruik van antimycotica pas wanneer zorgvuldige anamnese en lichamelijk onderzoek andere dan infectieuze oorzaken van tepelpijn hebben uitgesloten. Daarbij dient men vóór de start van een voeding de tepels en de mond te beoordelen, inclusief het tongriempje van de baby, en vervolgens ook de positionering, het aanleggen en de zuigtechniek te evalueren.