Cellulaire en humorale immuunresponsen vinden plaats in secundaire (perifere) lymfoïde organen, dus niet op de plaats waar het antigeen het lichaam binnendringt. Langs verschillende routes kan antigeen naar secundaire lymfoïde organen getransporteerd worden. De meeste antigenen worden getransporteerd naar lymfoïde organen via antigeenpresenterende dendritische cellen. In de lymfeklieren worden antigenen, aanwezig in de weefselvloeistof, verzameld en geconcentreerd. De milt is het orgaan waar immuunresponsen optreden tegen antigenen die voorkomen in het bloed. Mucosageassocieerde lymfoïde weefsels kunnen antigeen rechtstreeks opnemen uit de buitenwereld. Zowel B- als T-lymfocyten recirculeren continu door het lichaam, op zoek naar antigeen. Wanneer er een immuunrespons optreedt dan ondergaan de lymfoïde organen een aantal histologische veranderingen, vooral bij de humorale immuunrespons. De organisatie van het immuunsysteem in lymfoïde organen maakt een zeer dynamische respons mogelijk. Dit hoofdstuk bespreekt hoe secundaire lymfoïde organen opgebouwd zijn in relatie tot hun specifieke taak: uitvoeren van humorale en cellulaire immuunresponsen.