Astma en chronisch obstructief longlijden (COPD) behoren tot de obstructieve expiratoire luchtwegziekten. De luchtwegobstructie is niet lokaal maar gegeneraliseerd aanwezig, waarbij astma vooral de grote luchtwegen en COPD de kleine luchtwegen treft. In het longfunctieonderzoek kenmerken deze luchtwegziekten zich door een gestoorde uitademingssnelheid en in het lichamelijk onderzoek door een piepende ademhaling tijdens expiratie. Andere ziekten die soms leiden tot een uitademingsstoornis zijn sarcoïdose, tuberculose, bronchiëctasis en bronchiolitis obliterans.Wanneer de obstructie in de hoge luchtwegen gelokaliseerd is, is er vaak sprake van een inspiratoire luchtwegobstructie, die zich verraadt met een inspiratoire stridor. Voorbeelden hiervan zijn een carcinoom in de larynx, trachea of hoofdbronchus, een corpus alienum, parese van de stemband, vergroting van de schildklier of slapheid van de hogere luchtwegen in het kader van een obstructief slaapapneusyndroom.