Het centrale zenuwstelsel bestaat uit het ruggenmerg en de hersenen. In dit hoofdstuk wordt eerst de bouw van deze twee organen besproken. In het kort worden ook de hersenzenuwen, de hersenvliezen en de liquor cerebrospinalis, en de vascularisatie van de hersenen behandeld. Hierna komt in de paragraaf ‘Sensibele vezelsystemen’ ter sprake hoe de impulsen, die via de zenuwen het ruggenmerg en de hersenstam bereiken, in het centrale zenuwstelsel worden verwerkt. Ten slotte wordt in de paragraaf ‘Motorische vezelsystemen’ besproken op welke wijze de hogere centra van het centrale zenuwstelsel invloed kunnen uitoefenen op de motoriek van het lichaam.