Chemisch kunnen hormonen worden onderverdeeld in wateroplosbare hormonen (bijv. de peptidehormonen van de hypofyse en het pancreas) en vetoplosbare hormonen (bijv. de geslachtshormonen en cortisol). Peptidehormonen , zoals insuline, kunnen niet oraal worden toegediend omdat zij in het maag-darmkanaal worden afgebroken, zij lossen goed op in het plasma. De vetoplosbare steroïdhormonen passeren het maag-darmkanaal onveranderd. Voor transport door het bloed zijn zij afhankelijk van binding aan plasma-eiwitten zoals albumine. Geneesmiddelen die het hormonale systeem beïnvloeden, kunnen endocriene functies zowel versterken (agonisten) als remmen (antagonisten).