De productie van urine bestaat uit drie stappen: ultrafiltratie, terugresorptie en excretie. Het proces van de ultrafiltratie vindt plaats vanuit de glomerulus, waarbij het ultrafiltraat in het kapsel van Bowman komt. De terugresorptie- en excretieprocessen vinden plaats in de rest van het nefron, voor een deel onder invloed van een aantal hormonen. Per etmaal wordt er in totaal 180 liter ultrafiltraat gevormd. Omdat de urineproductie bij een inname van ongeveer 2 liter slechts ongeveer 1,5 liter bedraagt, wordt er dus ongeveer 178,5 liter teruggeresorbeerd (ongeveer 99%). De terugresorptie is als volgt over het nefron verdeeld (zie figuur 10.1): ongeveer 65 procent in de proximale tubulus, 20 procent in de lis van Henle en 15 procent in de distale tubulus en verzamelbuis. Deze percentages kunnen onder verschillende omstandigheden (zoals dehydratie) aanzienlijk variëren.